Al zou de vijgenboom niet bloeien
Al zou de vijgenboom niet bloeien
Al zou de vijgenboom niet bloeien,
Geen opbrengst aan de wijnstok zijn,
toch zal mijn beker overvloeien
want Jezus schenkt mij vreugdewijn.
Al draagt ook de olijf geen vruchten
ontbreekt het koren in het veld,
met Hem heb ik geen kwaad te duchten
die zelfs mijn hoofdhaar heeft geteld.
Al loopt geen schaap meer in de weide
en staat geen rund meer in de stal,
toch zal ik mij in Hem verblijden,
die is, die was en komen zal.
Hij maakt te voeten als de hinden,
zodat ik op mijn hoogten treed.
‘k Zal mij aan Zijn beloften binden
en word met Zijn gezag bekleed.
Al kwellen ziekten, zorgen, machten,
ik zal het met Gods woord verslaan.
ik blijf Zijn beeld in mij verwachten
al klaagt de boze mij ook aan.
Nochtans, ja nochtans zal ik juichen:
de HERE Here is mijn kracht,
en ied’re vijand zal zich buigen
voor Hem die alles heeft volbracht.
Naar Habakuk 3:17-18
(Evangelische liedbundel)
In deze quilt is dit lied uitgewerkt.
Een landschap zonder vruchten, koren en dieren.
Een lege stal, alleen de silhouetten van de schapen verwijzen nog
naar de dieren die eens in de wei en in de stal waren.
Bomen, wijnranken, olijftakken, alleen met blad, geen vruchten.
De grijze beker staat symbool voor de ‘ziekten, zorgen, machten’.
Toch stroomt de beker over van vreugdewijn die bestaat uit olie
en wijn die God ondanks alles toch zal schenken.
Verbeeld in de gele en rode vierkantjes rondom de beker.
Bovenin de lijnen van de hand van God die olie en wijn in de beker schenkt.
Alleen lijnen omdat de hand van God niet zichtbaar is, wel merkbaar.
Bovenop de rotsen een hinde. Dit beeld verwijst naar couplet twee:
‘Hij maakt mijn voeten als der hinden, zodat ik op mijn hoogten treed’.
Nochtans zal ik juichen: ‘De HERE Here is mijn kracht’.