Psalm 43
Psalm 43
Dan ga ik op tot Uw altaren
tot U, o bron van zaligheid.
Dan mag mijn ziel Uw heil ervaren
en dankbaar ruisen alle snaren
voor U die al mijn vreugde zijt
en eindloos mij verblijdt.
Psalm 43 : 4 (nieuwe berijming)
Dit psalmvers staat tegen de achtergrond van psalm 42. Psalm 43 is een vervolg op psalm 42.
In psalm 42 zingt de dichter over de strijd van het leven. Hij mist God, hij wordt overspoeld door golven van zorgen en angst.
In psalm 43 mag de lucht weer openbreken en gaat zijn ziel weer juichen.
De dichter gaat op naar het altaar en hij mag spelen op de snaren en zingen over de vreugde in God.
In deze quilt zijn beide psalmen verwerkt.
De blauwe strepen staan voor het leven en het water waar de ziel naar dorst, de golven die over ons heen kunnen komen.
Verschillende kleuren blauw, deze staan symbool voor de donkere en lichtere dagen van het leven.
In al onze levensvragen liggen de gouden treden van het altaar, het goud staat symbool voor het goud van het altaar.
Daar zetten we onze voeten op om op weg te gaan naar het heiligdom, waar het reukaltaar staat, de halfronde cirkel.
Op dit altaar mogen we onze gebeden en onze lofprijzing neerleggen. Het reukaltaar heeft de betekenis van ‘verhoogde plaats’, waar de lieflijke geur van het reukwerk omhoog stijgt, waar God een ontmoeting heeft met de mens.
Dit is de plaats van het gebed, hier vinden God en de mens elkaar.
Om het altaar was er een kroon, (Statenvertaling) of omlijsting (NBV).
De woorden krans, kroon en diadeem hebben min of meer een gelijke betekenis.
Deze woorden staan in de Bijbel voor heiligheid en heerlijkheid en verwijzen naar de heilige en intense gemeenschap bij het reukaltaar.
In de quilt is er om de halve cirkel een krans van bladeren die verwijst naar het materiaal van het altaar en het reukoffer.
Het altaar werd gemaakt van acaciahout en werd overtrokken met goud.
De bladeren middenin en de bloemen zijn van de acaciaboom.
Het reukoffer bestond uit verschillende specerijen en oliën, o.a. wierookolie.
Wierookolie wordt gewonnen uit de hars van de wierookboom.
De bladeren rechts en links zijn van de wierookboom, de blauwe en groene vruchten tussen deze bladeren zijn olijven die ook gebruikt werden voor de olie in de tempel.
Links en rechts van de treden lopen gouden lijnen naar boven, deze staan symbool voor de snaren van de citer waarmee de dichter zijn lied begeleidt.
Tussen de snaren een rode lijn, deze staat symbool voor de liefde van Christus die Zijn leven heeft geofferd voor ons, zodat wij kunnen zingen en spelen voor Zijn aangezicht.